
De dijk aan de zuidkant beschermt de polder tegen het water uit de Waddenzee. In het kader van de eerste ronde dijkversterkingen (Deltawet) werd deze dijk in 1962 verstrekt met een asfaltlaag aan de buitenzijde. Het asfalt verweerde in de loop van de jaren zodanig, dat Rijkswaterstaat in 1968 besloot om de asfaltlaag weg te halen, aan de buitenzijde een nieuwe kleilaag aan te brengen en deze met gras te laten begroeien. Zo ontstond de huidige groene dijk. Vanaf de dijk – vooral ter hoogte van de jachthaven – heeft u een prachtig uitzicht over het wad. in 1988 stelde minister Smit-Kroes de dijk officieel in gebruik.
Andere waterkeringen
Voor de beveiliging van het bewoonde deel van het eiland is een zogeheten ‘dijkring’ gerealiseerd, waardoor het bewoonde deel een wettelijke bescherming heeft gekregen. Deze dijkring wordt ‘de primaire waterkering’ genoemd en voldoet aan de eisen zoals gesteld in de Wet op de Waterkering.
Deze primaire waterkering bestaat uit de hierboven genoemde Waddendijk en uit een zandig natuurlijke waterkering, die langs de duinenkust loopt en ter weerszijden van de dijk aansluit op het dijklichaam.
Langs de westkust en langs de Noordzeekust – tot circa paal 5 – ligt de primaire waterkering op een zeewerend duin, aangeduid met ‘zeereep’. Vanaf paal 5 slingert de waterkering door het duingebied langs het Bospad, de Wassermann-bunker, de Kooiplaats en de Eendenkooi naar de Waddendijk.
Op 16 februari 1962 brak de dijk van de Banckspolder door. Het zeewater dat de polder binnenstroomde, bedekte vrijwel de hele polder. De schade voor de boeren was groot. De grasopbrengst was minder. Dat leidde tot een geringe melkopbrengst gekoppeld aan een hoge uitgavenpost voor veevoer. Pulp en hooi moesten van de vaste wal worden aangevoerd.
Op Waddenverhuur vind je alles wat te maken heeft met recreatie rond het waddengebied. Bezoekers kunnen accommodaties rechtstreeks bij de eigenaren boeken zonder tussenkomst van een 3e partij.